Voicedialling
U kunt bellen via een spraaklabel dat u aan een contactkaart hebt toegevoegd. U kunt
hiervoor een woord of combinatie van woorden gebruiken.
• Houd tijdens het opnemen de telefoon op een korte afstand van uw mond. De
starttoon klinkt. Spreek de woorden die u voor het spraaklabel wilt gebruiken duidelijk
in.
Houd rekening met het volgende voordat u spraaklabels gebruikt:
• Spraaklabels zijn niet taalgevoelig. Ze zijn afhankelijk van de stem van de spreker.
• U moet het spraaklabel exact zo uitspreken zoals u het hebt opgenomen.
• Spraaklabels zijn gevoelig voor achtergrondgeluiden. Neem de spraaklabels op en
gebruik ze in een rustige omgeving.
• Erg korte namen worden niet geaccepteerd. Gebruik lange namen en vermijd het
gebruik van soortgelijke namen voor verschillende nummers.
Opmerking:Het gebruik van spraaklabels kan moeilijkheden opleveren in een
drukke omgeving of tijdens een noodgeval. Voorkom dus onder alle
omstandigheden dat u uitsluitend van spraaklabels afhankelijk bent.
Een spraaklabel aan een telefoonnummer toevoegen
U kunt alleen spraaklabels opgeven voor telefoonnummers in het geheugen van de
telefoon.
Zie “Contactgegevens kopiëren tussen de SIM-kaart en het telefoongeheugen”
op pagina 26.
1 Ga in de weergave Contacten naar de contactkaart waaraan u een spraaklabel wilt
toevoegen en druk op
om de kaart te openen.
2 Ga naar het nummer waaraan u het spraaklabel wilt toevoegen en selecteer
Opties
→
Spraaklabel toev.
.
3 Druk op
Start
om een spraaklabel op te nemen. De starttoon klinkt. Spreek de
woorden die u voor het spraaklabel wilt gebruiken duidelijk in.
4 Na de opname wordt het opgenomen spraaklabel afgespeeld en verschijnt de tekst
Spraaklabel wordt afgespeeld
.
Copyright © 2004 Nokia. All rights reserved.
Persoonlijke gegevens
28
5 Wanneer u het spraaklabel opslaat, verschijnt de tekst
Spraaklabel opgeslagen
en hoort
u een pieptoon. Naast het nummer op de contactkaart verschijnt het symbool
.
Bellen via een spraaklabel
1 Houd
ingedrukt in de standby-modus. U hoort een korte toon en de tekst
Spreek
nu
verschijnt.
2 Als u belt via een spraaklabel moet u de telefoon op een korte afstand van uw mond
houden en het spraaklabel duidelijk uitspreken.
3 Het spraaknummer wordt herhaald, de naam en het nummer worden weergegeven en
na een paar seconden wordt het nummer in kwestie gekozen.
• Als het spraaklabel niet wordt herkend of als het verkeerde wordt afgespeeld, drukt u
op
Nogmaals
.
U kunt voicedialling niet gebruiken tijdens een gegevensoproep of als er een GPRS-
verbinding actief is.